” ’t mot nie veul gekker worre’. Dat was mijn gedachte toen ik 10 juni ’s morgens in afwachting van chauffeur Maarten uit het raam keek. Ik had zeker zin in het Zug-avontuur. Maar heel eerlijk gezegd was er ook zoiets als lichte twijfel. Hoe is het met de conditie en vooral het fysieke gestel (rug en achillespezen)? En ook: 1500 km reizen voor pak hem beet 2 uurtjes sporten! Met 12 volwassen kerels op 2 kamertjes in stapelbedden in een jeugdherberg! Maar achteraf was die voorzichtige twijfel volslagen onterecht. Want, om in de actuele voetbalsfeer te blijven en daarvoor de legendarische woorden van Theo Reitsma uit 1988 te gebruiken: ‘dit is een goed stel hoor!’. Onderstaand een impressie van het Toga triatlon avontuur in Zug, Zwitserland, 10-14 juni 2010.
Dag 1
De reis er naar toe verliep uitermate vlot. We kwamen aan het eind van de middag op de plaats van bestemming en zagen dat Perry en Sven, en Kees/ Rien en Jan er al waren. Johan uiteraard ook, die was al een dag eerder vertrokken. ‘First things first’. Dus niks tas uitpakken en kamers bekijken. Nee, rechtstreeks naar het dichtstbijzijnde terras voor een overheerlijk glas Zwitsers witbier. Volgens sommigen onder ons qua hoeveelheid gelijk aan hun totale bierconsumptie van het afgelopen jaar. De rest arriveerde ook al snel. Gezeten aan een gezellige tafel op een warm (30 graden!) terras was er sprake van een prima aftrap van het weekend. Veel gezelligheid, lekker eten, niks mis mee.
Na de tassen naar de kamer te hebben gebracht en de bedjes te hebben opgedekt liepen we nog een eindje op. Langs het meer naar het dorp, ca 1 km. Prachtig uitzicht. Maar ook een enkele ongeruste blik. Want wat waaide het ontzettend hard en wat waren de golven hoog! Hoe zal dat gaan bij het zwemmen? We hoorden dat het in jaren niet zo hard gewaaid had in Zug. Van die wind hebben we de dagen erna overigens totaal geen last meer gehad. Nadat aan Johan nog driehonderd keer gevraagd was waar nu precies de zwemstart was en na het nuttigen van enkele consumpties in de zeer fraaie Altstad van Zug keerden we terug naar onze stapelbedjes. Een welgevormde Zwitserse dame maande ons bij binnenkomst streng tot stilte, maar van zo iemand kun je dat hebben. Voor Eric was het zelfs een reden om onze kamerdeur ’s nachts open te laten staan, want je weet maar nooit, misschien zou ze zelfs nog even langskomen. Dat Hans daardoor weer een groot deel van de nacht heeft wakker gelegen konden wij ook niet weten. Hans heeft nl. een ‘gesloten-raam-en-deur-fobie’. Elk raam dat en elke deur die openstaat wordt direct door hem gesloten.
Dag 2
Dit was de dag dat ik het best heb gemerkt dat we inderdaad in een jeugdherberg sliepen. De avond ervoor moesten we stil zijn vanwege de andere gasten. Die andere gasten bleken ca. tweehonderd kleine kinderen te zijn, waarvan een flink deel heel vroeg (een uur of half zes) over de gangen liep te schreeuwen. Fijn zo! Na het prima ontbijt, verzorgd door dezelfde Zwitserse schone, stond de verkenning van het fietsparkoers op het programma. Naast de twaalf Toga leden met een paar andere zeer opmerkelijke deelnemers ‘aan de start’, nl. een wereld en een Olympisch kampioen!!! Te weten Henny Rovers (wereldkampioen tijdrijden) en Sven Megens (samen met vader Perry special olympics kampioen op de tandem). Veertig kilometer rond het meer van Zug. Van te voren aangekondigd als relatief vlak. Het werd een hele mooie rit, met voor mij persoonlijk toch ook (weer) een beetje als bijzondere ervaring. Sowieso in een groep rijden is voor mij bepaald geen dagelijkse kost. Dat vraagt bijvoorbeeld wel degelijk extra concentratie. De eerste twintig kilometer gingen in een mooi, rustig tempo. Maar ik merkte wel dat een aantal beulen zich erg in moesten houden. In het tweede deel konden zij zich niet helemaal beheersen en werd er bij bepaalde hellingen toch (een beetje) de gaskraan opengedraaid. Voor mij was dat al behoorlijk volle bak. En wat erger was, ik voelde de rug stevig opspelen (‘hoe zal dat zondag gaan’, dacht ik bij mijzelf). Aan het eind één lekke band (van Kees B), en verder gelukkig zonder malheur. Er werd gesproken over nog een rondje of het beklimmen van de Zugerberg (één van de cols in de ronde van Zwitserland). Voor mij zelf was duidelijk dat 1 rondje genoeg was en samen met Annette, Kees B en Johan zijn wij gestopt. De echte helden zijn nog een keer rond gegaan (Perry en Sven) of de berg op (de rest). Wat wij (de afstappers) daardoor gemist hebben zijn de heerlijke pannenkoeken van de vader en de moeder van Hans, die als supporters het hele weekend op de camping van Zug hebben gestaan. Wij hebben overigens ook nog moeiteloos de berg beklommen maar dat was meer de verdienste van de auto van Johan en hebben op een prachtig terras onder het genot van een bakje koffie genoten van een goed gesprek en een fantastisch uitzicht over het meer.
Die middag hebben we nog wat aan geteut en zijn ’s avonds weer bij ‘de overburen’ heerlijk gaan eten. Op hetzelfde terras nog op een groot beeldscherm naar de voetbal gekeken en daarna naar onze slaaphokken. Daar heb ik gemerkt dat de één wat meer of eerder last heeft van een opspelende hormonenhuishouding dan de ander. Eric had het dus al heel snel, Maar, en dat had ik niet direct achter hem gezocht, Hans ook. Misschien dat het ook met de openstaande deur en raam te maken had, maar Hans sliep wat onrustig en praatte vrij veel in zijn slaap. En ik kan het weten want wij lagen met onze hoofden slechts 2 centimeter van elkaar gescheiden. Zijn dromen-uitspraak: ‘Coby snel weg, jullie Rien komt eraan’ is het laatste wat ik mij nog (goed) kan herinneren van die dag voordat ik zelf in een diepe slaap viel.
Dag 3
De dag voor de wedstrijddag. Verplicht rusten dus. Maar niet voor vader en zoon Megens. Deze kanjers hebben die dag ook weer vele trainingskilometers gemaakt. Complimenten mannen! Deze dag zijn wij eerst met z’n allen naar een fietsenwinkel gewandeld. Ik ben zelf absoluut geen kenner, maar ik zag dat rest zich voelde als een kind in een snoepkraam. Hele mooie (en dure) fietsen waar de mannen likkenbarend naar stonden te kijken. En er werden gesprekken gevoerd die ik totaal niet kon volgen. Maar ik zag dat de rest gelukkig was. En het is net als wanneer je met je kinderen op vakantie gaat: als die het naar hun zin hebben dan heb je het zelf ook naar je zin. Bovendien konden ze dat probleem van die hormonen huishouding ook even uit hun kop zetten, waarbij ik op dat vlak steeds meer te doen had met Kees de B. Vooral zijn lonkende blik naar onze Zwitserse hostess ging in toenemende mate opvallen. En met Kees had ik dit weekend sowieso enige compassie. Hij had een week van te voren zijn achillespees dusdanig geblesseerd dat hij dit weekend weliswaar mee ging doen, maar niet aan het looponderdeel. Dat is dus balen met een hele grote hoofdletter!
’s Middags hebben we startnummers etc. opgehaald, zijn we naar de jeugdwedstrijden gaan kijken en hebben we nog even op het terras bij het zwembad gezeten, waardoor we eindelijk ook de startplaats van het zwemmen hadden gevonden. Hans en Jürgen gingen iets eerder weg, want zij gingen de traditionele pastamaaltijd koken in de keuken van onze jeugdherberg. Geweldig lekker gegeten (nogmaals bedankt Hans en Jürgen).
’s Avonds zijn we nog naar de profi’s wedstrijd gaan kijken. Man, man, wat een geweld. Wat heel bijzonder was: de deelnemers gingen na het zwemmen,fietsen, lopen gewoon direct door met nog zo’n programma. Gelukkig hadden wij de volgende dag een gewoon programma. Daarna weer even voetbal gekeken maar ook vroeg naar bed. Nou ja, naar bed. Een heel opmerkelijk beeld. Elf volwassen kerels die zenuwachtig in de weer zijn met allerlei details als voorbereiding voor de wedstrijd. Alles minitieus klaarleggen, niets aan het toeval overlatend. Eerlijk gezegd ook wel een beetje amusant om te zien. Licht uit, deur open (sorry Hans) en proberen te slapen.
Dag 4
Ernstig vroeg wakker (5.30 uur), douchen, ontbijten, spullen bij elkaar pakken en op naar de wedstrijd. Ik zie strakke koppen en ernstig veel zenuwen om mij heen. Maar met 1 man krijg ik zowat medelijden, nl. onze Rien. Hij is de dagen ervoor een beetje (veel) gepest over zijn toiletbezoek op de wedstrijddag. Nu kennen de meeste Toga leden Rien beter dan ik op dit gebied, maar inmiddels ben ik ook getuige geweest van dit natuurwonder. Hoe kunnen er uit zo’n afgetraind lichaam zoveel afvalstoffen worden geproduceerd? Je zou toch zeggen: een keer is het op. Zo niet bij onze Rien. Gelukkig hadden zijn teamgenoten de afgelopen dagen alle mogelijke toiletten op de route naar de start aangeduid. Tussen dit zenuwengedoe zorgde de vrolijke en optimistische noot van Sven nog voor de broodnodige afleiding.
Het uur voor de start van de triatlon blijft een heel opmerkelijk gebeuren. Je moet het meegemaakt hebben om het te begrijpen. Het zoeken naar de startplek, het klaarleggen van alle spullen. Volop stress. De schoenen een centimeter naar links, de helm een centimeter naar rechts. Prachtig, je zou er een tv documentaire van kunnen maken. Ik doe samen met Eric, Dirk en Kees B vandaag de korte afstand. Wij starten als eerste (om 8.00 uur). Het koude water in, ‘noch eine Minute’, we wensen elkaar nog snel even succes en KNAL, daar klinkt het startschot. Over het algemeen een bevrijdend geluid: eindelijk van start. Maar later die dag hoorde ik dat dat voor één van ons niet opging. De rest nam deel aan de kwart triatlon, een half uurtje later. En toen gebeurde het. Rien (Dixi) Buurstee dacht: ik kan nog wel even naar het toilet (voor de 14e keer). Maar terwijl Rien zijn behoefte deed hoorde hij ook een KNAL en plotseling schoot door zijn hoofd: sh.t, dat is ons/mijn startschot!!! Met als gevolg dat Rien met zijn tri-suit op zijn hielen alsnog als laatste deelnemer van het totale startveld is vertrokken. Volgens een aantal van ons een zegen voor de rest van de deelnemers, omdat Rien op die manier ‘zijn gang kon gaan’.
Terug naar onze wedstrijd. Ik zal het kort (proberen) te houden. Mijn eerste honderd meter zwemmen waren goed. Daarna een ramp. Een soort van hyperventilatie. 400 meter alleen nog maar schoolslag gezwommen. (Erg) blij dat ik het water uit was. De eerste twintig kilometer fietsen ging redelijk goed. Het begon inmiddels een beetje te regenen en helaas, ik had het al een beetje verwacht: fors veel last van mijn rug. Ik kon niet meer ‘liggen’, alleen nog rechtop zitten en moest regelmatig gaan staan om de rug te rechten/ontspannen. Balen. Daardoor begon ik een beetje gefrustreerd aan het lopen. Van oudsher wel mijn sterkste onderdeel. En ik voelde eigenlijk meteen dat dit wel goed ging. Dus nog met een redelijk gevoel afgesloten. Ik ben Eric en Dirk nog tegengekomen en zag al dat Eric erg goed gezwommen/gefietst had.
Daarna zien we alle Toga helden op de kwart triatlon finishen. Jan en Maarten als superkanjers (met Jan als winnaar van dit onderonsje), maar de rest uiteraard ook met een meer dan puike prestatie en zeker Annette als enige vrouwelijke Toga deelnemer. Allemaal een dikke proficiat! En pa en ma Berkhout, Perry, Sven en Henny: bedankt voor jullie aanmoedigingen!
Na een lekkere warme douche zijn we weer terug naar Zug gegaan om de rest van de zondag op gezellige wijze met elkaar door te brengen. De meesten gingen naar een heerlijke Chinese maaltijd en een paar pintjes moe en voldaan vroeg naar bed. Dat had ik (achteraf gezien) ook moeten doen maar ik ben met een paar andere liefhebbers nog een tijdje doorgegaan. Dat heb ik de dag erna gevoeld, maar mag de (totaal)pret niet drukken.
Dag 5
De dag van de terugreis. Johan bleef nog een dagje in Zwitserland. Ook deze reis ging weer perfect. Helaas geen voetbal gezien, maar we hoorden in de auto wel dat Nederland met 2-0 had gewonnen. Nog even de fiets bij Perry opgehaald (Perry, nog hartstikke bedankt voor het rijden!). Op straat nog een paar minuten met Jan en Hans gepraat en we kwamen al heel snel tot de gezamenlijke conclusie dat dit toch wel een hele mooie groep, een goed stel, is
Tot slot
Door de jaren heen heb ik het eigenlijk afgeleerd om speciaal iemand uit te roepen tot ‘man van de wedstrijd’ en meer van dat soort ongein. Vrijwel altijd doe je dan iemand tekort. Maar toch doe ik het dit keer. Ik wil (en ik denk met permissie van de hele groep) tot absolute held van het weekend Sven Megens uitroepen. Van zijn enthousiasme en positieve instelling kan menigeen nog iets leren. En hij kan verdikkeme nog oerend hard fietsen ook, “of niet, Papa?”.